Terwijl Paris Fashion Week Men volop aan de gang is, doorbreken sommige ontwerpers de klassieke schoonheidsnormen met castings die resoluut inclusiever zijn. Tussen politiek statement en streven naar democratisering: een overzicht van zij die de lijnen durven verschuiven.
Jeanne Friot gaat in “Résistance”
Juni, een maand vol symboliek, tussen modeweek en Pride. Jeanne Friot, trouw aan haar politieke visie op mode, grijpt dit momentum met beide handen. Haar lente/zomer 2026-collectie, getiteld “Résistance”, is een vurige ode aan de queer community – gebracht door een volledig trans en non-binair modellenbestand.



Op de runway: lichamen die zelden een catwalk betreden. De kleuren roze en blauw domineren – een directe knipoog naar de kleuren van de transvlag. De silhouetten doen denken aan poëtische harnassen, met laarzen tot boven de knie en metalen gespen.
De finale verandert in een vreugdevolle manifestatie: modellen verenigen zich, de vuisten rijzen triomfantelijk omhoog, tranen glinsteren op wangen. In het publiek applaudisseert Virginie Despentes vol overtuiging. Bij Jeanne Friot is mode geen schijnvertoning, maar een plek van verbinding – een ruimte waar identiteit en gemeenschap samenvloeien.
Open casting bij 3.Paradis en Willy Chavarria
Een ander krachtig gebaar: 3.Paradis opende kort voor de show een open casting waarop meer dan 2000 mensen afkwamen. Uiteindelijk werden er 30 geselecteerd om te lopen in “Steps to Nowhere”, een dromerige en geëngageerde collectie.
Ontwerper Emeric Tchatchoua wil daarmee de deuren openen van een vaak gesloten systeem. Geen modellencontract nodig, geen vaste maat of leeftijd vereist. De gekozen profielen zijn divers, ver weg van de conventionele standaarden.
Jordan, een van de geselecteerden, getuigt dat hij zich aanmeldde om opnieuw zelfvertrouwen op te bouwen. Het herinnert eraan dat mode, mits ze inclusief is, een krachtig middel tot empowerment kan zijn.
Ook Willy Chavarria koos voor modellen zonder agentschap. In een indrukwekkende scenografie klaagt de Latijns-Amerikaanse ontwerper de gevangenisomstandigheden in El Salvador aan, met een scenografie die massale opsluiting evoceert. Opnieuw een uitgesproken stellingname van Chavarria, die zich fel keert tegen Trumps deportatiepolitiek en zijn werk steevast opdraagt aan gemarginaliseerde gemeenschappen in de VS.
Zijn lente/zomer 2026-collectie “Huron” is een krachtig eerbetoon aan zijn geboortestad in Californië – én aan alle Latijns-Amerikaanse en migrantenpopulaties die dagelijks geconfronteerd worden met grensgeweld en repressieve systemen. “Huron” is, net als zijn casting, een gebed én aanklacht. Een liefdesverklaring aan hen die door de VS te vaak worden vergeten – en het bewijs dat mode ook een strijdtoneel kan zijn.
C.R.E.O.L.E.: het lichaam als politiek landschap
Met de collectie SS2026 “DOM TOP FEVER” zet C.R.E.O.L.E. zijn activistische visie kracht bij via een uitgesproken divers castingbeleid. Op de runway: queer, gespierde, geracialiseerde lichamen – mijlenver verwijderd van de modecanon. Fier, krachtig en ongezien in de Parijse modescène. Het doel? Zichtbaarheid en waardigheid geven aan vaak uitgewiste lichaamstypes.



Die representatie is geen marketingtruc, maar een logisch verlengstuk van een garderobe die leest als herinnering en verzet. De collectie tapt uit het collectieve geheugen van de diaspora: van de BUMIDOM-periode tot de bloedige opstanden van mei 1967 in Guadeloupe, en bredere panafrikaanse narratieven. Zelfs de titel – “DOM TOP FEVER” – speelt met de machtsdynamiek van rolpatronen: van gedomineerd naar dominant, van passief naar het bezitten van verlangen en kracht.
Bij C.R.E.O.L.E. is het lichaam geen neutraal canvas, maar een drager van verhalen, spanningen en trots. Een casting als manifest: voor een gedeconstrueerde, geïncarneerde, poëtische én politieke mode.
Artikel door Julie Boone.