Van strak uniform tot subversief accessoire
Lang verbannen naar schoolbanken en vergaderzalen, beleeft de das een tweede leven — zelfverzekerd, stijlvol en vol attitude. Het accessoire nestelt zich in hybride garderobes waar tailoring, streetwear en couture elkaar ontmoeten. Een blik op een klassieker die tijd en gender overstijgt.
De das is onlosmakelijk verbonden met het klassieke mannelijke uniform. Sinds de 19e eeuw staat hij symbool voor ernst en macht — hét accessoire bij uitstek van het kostuum. In professionele contexten gold de das als een bijna onaantastbare code: een gebaar van respect voor de formele of hiërarchische orde. Maar zelfs vóór deze moderne betekenis, droeg de das al sociale lading. Hij werd gedragen door elites, als teken van status én van behoren tot een bepaalde klasse.
De eerste breuken met het systeem
In de jaren 60 komt, onder invloed van hippie- en punkculturen, een kentering op gang. De das wordt breed, bontgekleurd of bedrukt met absurde motieven — een uitweg voor individualiteit binnen een strak afgebakend kader. De jaren 80 brengen de das groots terug op de werkvloer: oversized en in uitgesproken kleuren. Stijl binnen het systeem, maar met persoonlijkheid.

En wat met vrouwen?
Hoewel lange tijd exclusief voor mannen, hebben vrouwelijke iconen al vroeg met de das gespeeld. In de jaren 30 maakt Marlene Dietrich er een stijlvol provocatiemiddel van. In de jaren 70 groeit de das uit tot symbool van vrouwelijke emancipatie, gedragen bij het legendarische smokingpak van Yves Saint Laurent — een look die kracht én gelijkheid uitstraalt.



Vandaag is de das onmisbaar in de officewear-trend. Bij Saint Laurent (herfst/winter 2025) prijkt hij op ruimvallende pakken die het mannelijke vocabulaire omarmen zonder aan elegantie in te boeten. Het pak-met-das is uitgegroeid tot een krachtig uniform — een stijlverklaring die gender overstijgt.
Steeds meer celebrities kiezen op de rode loper voor de das. Weg met de strakke avondjurk: een pak-met-das biedt bewegingsvrijheid én allure. Gedragen met pumps of direct op de huid is de das een krachtig teken van autonomie.
Spelen met traditie





Losgekomen van zijn conventies vindt de das zijn weg naar streetwear en alternatieve mode. Over hoodies, met jeans of op een oversized blazer: hij is een speelse verwijzing, een grafisch detail dat de regels buigt. Jonge labels herwerken de das met poëzie of humor: in gehaakte versies, vloeiende zijde, of zelfs gedeconstrueerd en opnieuw gestikt in onverwachte stoffen.




De creatieve scène schuwt niets: bij Hodakova (herfst 2024) wordt hij gemaakt van panty’s en gecombineerd met een sculpturale jurk uit een leren aktetas. Bij Willy Chavarria komt hij pontificaal onder gesloten jasjes uit. Vaquera brengt hem in XXL-formaat op even bombastische overhemden. Egonlab maakt er een lange stippen-sjaal van. De grote huizen doen mee. Bij Gucci (herfst/winter 25-26) wordt de das een juweel of verdwijnt hij bijna als ton-sur-ton detail. Bij Schiaparelli tovert Daniel Roseberry hem om tot surrealistisch object — geweven van haarlokken, met een knipoog én een knal.
De das is niet langer een teken van uniformiteit, maar van identiteit. Hij legt niets meer op — hij onthult. Van mannelijk naar vrouwelijk, van functioneel naar expressief, van norm naar nuance. De das dicteert niet langer — hij verklaart. Geen verplichting, maar een vlag.
Article de Julie Boone.