Hoewel smartphones hun praktische functie grotendeels hebben uitgewist, maakt het horloge een glorieuze comeback als stijlstatement rond onze polsen. Vintage modellen, slanke wijzerplaten, stalen armbanden… Waar komt die nostalgie vandaan naar een tijd die seconde per seconde werd afgemeten? Een decodeer-oefening.
Metal fever
Nog een vleugje chroom? Terwijl metallic in interieurs zijn plek veroverd heeft, sluipt de trend nu ook de garderobe binnen via fonkelende details. Accessoires natuurlijk – en horloges misschien nog wel meer.
Sommige creaties, zoals de juweelhorloges van Valentino of Calvin Klein uit de jaren 90, balanceren tussen armband en uurwerk. Een ultieme two-in-one voor wie vrouwelijkheid tot in de finesse wil cultiveren. Aan de sportieve kant maakt de Nike Triax een grote comeback. Dit cultmodel uit de jaren 2000, met zijn asymmetrische vorm, is vandaag zeer gezocht op de tweedehandsmarkt. Of verfijnd of ergonomisch, deze retrofuturistische horloges zijn de trofeeën van vintage lovers.


En dan is er natuurlijk Casio – een icoon dat nooit uit de mode raakt. In goud of zilver, vaak met een vierkante wijzerplaat die doet denken aan een retro-gadget, belichaamt het merk op zichzelf de hele metallic revival van het vintage horloge.
Aan de pols – en daarbuiten
Dat het horloge vandaag rond de pols prijkt, was niet altijd vanzelfsprekend. In de 19e eeuw heerste het zakhorloge. Bevestigd aan een ketting en weggestoken in een vestzak, fungeerde het als statussymbool – bijna als een pronkjuweel.
Het allereerste polshorloge zou rond 1810 zijn bedacht door Abraham-Louis Breguet voor Caroline Murat, koningin van Napels en zus van Napoleon. Een object ontworpen voor vrouwen, nog voor mannen het gingen claimen.


De Eerste Wereldoorlog droeg sterk bij aan de popularisering van het polshorloge. Met de komst van de smartphone verloor het langzaam zijn nut. Vandaag dragen we een horloge minder omwille van de tijd, maar vooral omwille van wat het representeert. Tijdens de herfst-winter 2025-show van Louis Vuitton dreef Nicolas Ghesquière deze reflectie verder door. In een oude Parijse spoorwegterminal werd een collectie gepresenteerd die speelde met de symboliek van tijd en reizen. Modellen droegen horloges als hangers, waarbij de functie werd getransformeerd tot een eigentijdse talisman.
Hoewel ze vaak discreet aanwezig zijn op de catwalk, zijn horloges nooit ver weg. De laatste jaren stapelen samenwerkingen tussen modehuizen en grote horlogemakers zich op: Schiaparelli met Beauregard, Georges Hobeika met Audemars Piguet, en Givenchy met Bulgari rond een slangvormig juweelhorloge bezet met edelstenen.
De tijd heroveren
In een wereld verzadigd met schermen, notificaties en constante prikkels fungeert het retro-horloge als tegengewicht. Het wil niet concurreren met de digitale precisie van onze smartphones – het staat voor iets anders: de symbolische beheersing van tijd. De tijd die we zelf kiezen te ervaren, in plaats van de tijd die ons ontglipt.
Naar je horloge kijken is bijna een ritueel. Geen compulsieve reflex zoals je telefoon checken, maar een bewuste handeling om het tempo van de dag weer in eigen handen te nemen.


Een horloge dragen – en in het bijzonder een vintage horloge – is ook een andere verhouding tot tijd oproepen. Die van traagheid, van analoge tijd. Met zijn wijzers, zijn hoorbare tik-tak, zijn wijzerplaten die aandacht vragen. Misschien is dat precies waarom horloges opnieuw zo verleidelijk zijn. In een tijdperk van snelheid en instantaneïteit wordt het horloge een uitnodiging tot pauze. Een gebaar dat zegt: ik kies mijn eigen ritme, ver weg van de tirannie van schermen.
Daarnaast belichaamt het een erfgoed, een brug naar wie ons is voorgegaan. Een vintage horloge dragen betekent vaak een lijn doortrekken: naar een ouder, naar een tijd die we zelf niet hebben meegemaakt maar waarvan we de glans willen doen herleven.
Nu begrippen als onthaasting en disconnectie steeds vaker vallen, manifesteert het vintage horloge zich als een stil verzet. Een terugkeer naar het essentiële, in een hypergeconnecteerde wereld.
Artikel door Julie Boone.